Camperroute in Friesland: langs 13 iconische waterwerken
Wanneer ik met de camper reis is dat doorgaans ‘op de wilden boef’. Hooguit liggen er één of twee campings vast. Maar een volledig uitgestippelde camperroute volgen? Dat had ik nog nooit gedaan, en wat onbekend is, maakt me nieuwsgierig. Met een wegbeschrijving in de hand stap ik in onze camper met bestemming Lemmer voor een campertour langs 13 Friese watericonen in Nederland. Nou jongens, maak je maar klaar voor 183 km rijplezier en een tiental ontdekkingen!
“Amai, maar jullie hebben het goed gehad hé?” en “Dat zag eruit als een heerlijke week” waren zowat de teneur van de reacties die ik kreeg van mensen die onze campertrip door Zuidwest Friesland via Instagram stories hadden gevolgd. En dat was goed gezien van hen, want het was absoluut een heerlijke week! Hoe kan het ook anders? Iedere nacht op een andere plek slapen, iedere dag verrast worden door nieuwe ontdekkingen en iedere avond de voetjes onder tafel schuiven in een gezellig restaurant.
Mijn kinderen Vic (11), Emile (9) en ik rijden gedurende vijf dagen de camperroute langs waterwerken in Zuidwest Friesland, een regio die ook wel Waterland van Friesland wordt genoemd. De rode draad is rust en ruimte. En water, uiteraard. Overal water. Rijd je mee?
Dag 1: Lemmer - Echten
Bezoek aan Woudagemaal
We starten onze route in Lemmer, op zo’n 250 km van Antwerpen. En de toon van de watericonen wordt meteen flink ingezet, want we bezoeken hier het Woudagemaal (1). Woudawatte? Wel, dat is het leuke aan reizen hé. Je leert en ziet nog eens wat. Een gemaal is een verzameling van machines die miljoenen liters water per minuut uit de grond zuigen en in de grote plas - in dit geval is dat het IJsselmeer - spuwen. Anders gezegd: een gemaal is een noodzakelijk kwaad in Friesland om ervoor te zorgen dat mensen hier droog en veilig wonen, omdat Friesland onder de zeespiegel ligt. De Nederlanders hebben al eeuwenlang een speciale band met water, het landschap wordt erdoor getekend, en dat valt op langs deze camperroute.
En waarom Wouda? Dit gemaal, dat zich ondertussen tot Unesco werelderfgoed mag rekenen, werd in 1920 gebouwd onder leiding van Ingenieur Dirk Frederik Wouda. Een held in Friesland, zou je kunnen zeggen. In het modern opgetrokken bezoekerscentrum leren we over de uitdagingen van het klimaat, lezen we wat we zelf kunnen doen om wateroverlast te voorkomen en neemt een VR-bril ons mee in het gemaal wanneer het volop draait en stoomt. Indrukwekkend! Wist je trouwens dat het Woudagemaal nog steeds iedere winter minstens 3 dagen de machines in gang moet zetten, omdat de moderne apparatuur bij enorme stortvloeden niet volstaat?
Tjeukemeer in Echten
Of het groen uitgestrekte Friesland vroeger met slechts één gemaal droog gehouden werd? Natuurlijk niet. Er zijn er veel meer, maar niet meer in werking. Zoals het oude stoomgemaal in Echten. Dit bescheiden gebouw is gelegen naast het Tjeukemeer (2) en naast het standbeeld van de zusjes Tsjûke en Marchje. Zij vertellen het tragische verhaal over het ontstaan van de naam Tjeukemeer. Het verhaal gaat dat er ooit een brand is geweest die de zusjes van elkaar scheidde waarna ze luidkeels elkaars voornaam naar elkaar bleven roepen. Beeld je het maar eens even in en dan kan je je er iets bij voorstellen dat zo de naam Tjeukemeer ontstond. Soit, een mooi beeld, een prachtig meer en een triest verhaal die een stop op deze camperroute waard zijn.
Eten en slapen
Bovendien staat het beeld van de bekende Friese ‘suskes’ aan de overkant van het stijlvolle restaurant de Fûke (dat betekent fuik). Wij eten hier verrukkelijk, op een lederen bank, met zicht op grote schilderijen en een zacht tapijt onder onze voeten. Knus en volgens Vic het mooiste restaurant op onze hele route.
Slapen doen we op een camperplaats bij Vakantiepark Lemmer. Deze camping is gelegen naast het IJsselmeer mét strand en op een kwartier loopafstand van het mooie Lemmer. Lemmer is een oud vissersdorp, ook wel de poort tot Friesland genoemd, waar er midden in het centrum boten aanmeren en waar het in de zomer ongetwijfeld super moet zijn om te terrassen langs de kade. Wit wijntje en een bitterbal, iemand?
Dag 2: Sneek - Ijlst
Zwerfkei Rottum
Na een superfijne slow morning in de camper (lees: beetje uit het raam staren nadat ik wakker word, theetje drinken en op ‘t gemak alles opruimen) rijden we verder richting Rottum, want daar op de hoek van de Sydtakke en Oude Postweg botsen we op de grootste steen van Nederland. Die is tijdens de Saale-Ijstijd 200.000 jaar geleden, toen Nederland voor de helft bedekt was met landijs, met het ijs meegevoerd uit Uppland in Zweden. Ooit zou die 4x zo groot zijn geweest. Nu is die 4,7 meter lang en weegt die 4 ton! Wie interesse in de ijstijd en granieten heeft, moet hier zeker stoppen.
Escape tour in Sneek
Next stop: Sneek. Een super gezellig stadje, dat bovendien één van de Elfsteden (je weet wel, bekend van de schaatstocht op natuurijs) is. Behalve water door de stad vinden we hier ook mooie pleintjes, unieke winkeltjes, een prachtige Waterpoort en majestueuze Martinikerk.
In plaats van zomaar door de stad te kuieren, kiezen we ervoor om een Escape Tour te doen. Dat werkt zoals een escape room, met een app op je telefoon. Oftewel, ook hier moet je opdrachten tot een goed einde brengen om de oplossing te vinden. De opdrachten liggen verspreid over de stad. Van zodra je bij een opdracht bent, rinkelt je telefoon en komt de opdracht tevoorschijn. Een super toffe manier om de stad te bezoeken. Zeker met kinderen. Die wandelen dan niet door de stad, maar lopen erdoor. Ah ja, de tijd tikt.
De innerlijke mens spijzen voor of na de Escape Tour? Dat kan bij Bakkerij Breimer langs de Oosterkade, het walhalla voor iemand die graag ontbijt. De keuze uit belegde broodjes, broodsnacks en koekjes is enorm. Ik had daar kunnen blijven bestellen. Superfijn adresje!
Eten en slapen in Ijlst
Na Sneek toeren we in de namiddag verder naar een tweede Elfstedenstad: IJlst. We hebben nog net genoeg tijd en licht voor een korte avondwandeling door deze prachtige stad die gekenmerkt wordt door zogenaamde overtuinen. Dat zijn voortuinen tussen de straat en de vaart. IJlst is wat mij betreft dé verrassing van deze trip. Klein, maar zo’n knus stadje. Een paar stille straten, allemaal kleine gezellige huisjes naast elkaar, wat water dat ertussen stroomt en een oergezellig bruine kroeg. Het is hier, in Het Wapen van IJlst, dat we ‘s avonds genieten van een rodebietenburger, frietjes en frimisu (tiramisu met een Friese toets). Super lekker, super gezellig.
We slapen op de camperplaats naast de ijsbaan en op 5 minuten wandelen van de binnenstad.
Op de camperroute langs waterwerken passeren we een paar Elfsteden, maar wist je dat er ook een echte Elfstedentocht voor camperaars bestaat? Op www.camperelfstedentocht.nl vind je meer info over deze route van 220 km + de leukste adresjes in de 11 steden.
Dag 3: Ijlst - Heeg - Mirns - Koudum
Bezoek aan houtzaagmolen De Rat
De wekker gaat. Ik heb een afspraak bij houtzaagmolen De Rat (3) in IJlst. Vanuit de camper wandel ik door de miezerregen naar de molen en word er ontvangen door twee enthousiaste molenaars, Annette en Willem. In het hart van de molen zie ik meteen hoe die oude molen eigenlijk nog springlevend is. Van enorme boomstammen worden tafelbladen, snijplankjes, deuren en nog andere houtwerken gesneden, en dat allemaal alleen maar dankzij de kracht van de wind. Een zotte ambacht!
Bezoek aan palingdorp Heeg
We verlaten IJlst en rijden verder naar Heeg. Heeg staat bekend om zijn succesvolle palinghandel met Londen in de zeventiende eeuw en daar staat een reconstructie van de palingaak (4) - de boten waarmee ze naar Londen vaarden - in het centrum van Heeg nog symbool voor. We lunchen bij restaurant d’Ald Wal met zicht op de palingaak aan het vaarwater De Syl. Ook hier moet het in de zomer zalig zijn aan het water (overigens, één van de weinige terrassen zo vlak aan het water waar ook andere boten kunnen aanmeren).
In het interactieve bezoekerscentrum van Heeg vinden we nog meer info over de historische rijkdom van dit kleine palingdorpje. Dat ontdekken we ook al wandelend aan de hand van de doprskuier, dat is een uitgestippelde wandeling van 2,5 km die ons stap voor stap meeneemt langs juweeltjes van vroeger en nu. In de zomer kan je ook meevaren met de palingaak.
Ze hebben hier trouwens ook een toffe camping aan het water. De perfecte spot voor lange zachte zomeravonden.
Mirnser klif
En weer verder, over vrije perfect aangelegde wegen, en soms onder een aquaduct zoals dat van Woudsend (5), de snelwegen van toen. Onze volgende stop is bij het Mirnser klif, één van de drie kliffen (6) die Nederland telt. We hebben geluk, het waait erg hard en dat maakt dat het hier krioelt van de kitesurfers. Een zonnetje, het meer en een batterij aan kleurrijke zeilen: dat levert een mooi plaatje op hoor! Genieten. Maar, in alle eerlijkheid, de klif zien we niet echt. We laten ons later vertellen dat dat komt omdat die gelijk loopt met de dijk. De rode klif bij Warns is met een hoogte van 10 meter de hoogste en het best zichtbaar.
Zwemmen in Koudum
Na al dat bezoeken, zijn we wel toe aan wat ontspanning, zeker de jongens. Een zwemmeke in het zwembad van vakantiepark de Kuilart komt dan ook niet ongelegen. En het wordt nog beter, want we hebben het zwembad voor ons alleen! Op vakantie gaan waar er daar dan geen schoolvakantie is, heeft zo z’n voordelen. De jongens zijn wel honderd keer van de glijbanen gegaan en ik heb rustig een paar baantjes kunnen trekken. Iedereen blij.
Eten en slapen
We blijven in Koudum om ‘s avonds te eten bij Eetcafé Spoorzicht. Wederom een heel fijn restaurantje aan het water. Niks te fancy, gewoon gezellig en lekker mét goedlachse bediening.
Slapen doen we op de boerderijcamping De Braamberg in Mirns, naast de klif. De camping is met pipowagen alleen in de zomer open, terwijl de 10 camperplaatsen het hele jaar toegankelijk zijn. Behalve de locatie is ook de gemeenschappelijke binnenruimte een troef. Een gezellige plek met grote houten tafel, boeken, sofa en speelgoed voor kinderen.
Dag 4: Stavoren - Hindeloopen - Workum
Wandeling door Rijsterbos
Dag 4 loopt anders dan gepland door storm Ciarán. Er stond eigenlijk een kitesurfles op het programma. Na die avontuurlijke gasten van gisteren gezien te hebben, wilden we dat ook wel eens proberen, maar dat ambitieuze plan kon helaas niet doorgaan. Het goede nieuws was dan wel dat er tijd vrij kwam voor een wandeling door het Rijsterbos, dat naast camping De Braamberg gelegen is. Ik volg de route van 5,5 km via blauwe aanwijzingen en sta versteld van de prachtige eeuwenoude beuken. Zo mooi! Ook de kronkelende paden, het water, de stilte, de herfstkleuren… magisch mooi!
Stop in Stavoren
Na een fris begin van de dag in het bos en een lekker ontbijt in de camper rijden we verder naar het kleine Elfstedenstadje Stavoren, dat omsingeld wordt door het IJsselmeer. We maken hier een korte wandeling door het centrum, de kleurrijke haven (beetje Kopenhagen lookalike), het Vrouwtje van Stavoren dat een belangrijke rol speelde in de stad in de 15e eeuw en de enorme visfontein.
Als we het puur over de camperroute an sich hebben, is het stuk tussen Stavoren en Molkwar, onze volgende stop, ongelofelijk mooi. Een strakke verlaten weg met gras aan beide kanten en zicht op een woelig meer. Ik heb hier een beetje een einde-van-de-wereld-gevoel. Ik stap uit de camper om in de onstuimige storm foto’s te nemen. Nadien krijgen we met man en macht de camperdeur op het nippertje terug dicht waarna de kinderen zeggen “Mama, ben jij nu helemaal tikketik geworden?”, en achteraf kan ik ze geen ongelijk geven. Oeps!
Vogelkijkhut De Swan
Noteer deze tip en tik Bocht van Molkwar (7) in Waze, anders rij je hier geheid voorbij en dat zou zonde zijn, want eens je op dat punt over de dijk gaat, kom je in een heel bijzonder natuurgebied aan het IJsselmeer terecht. Wij kijken onze ogen uit. Onverwacht duikt daar natuur op die ik niet eerder in Friesland, noch ergens anders, zag met in de verte een vogelkijkhutje. Vogelkenners gaan hier van alles kunnen spotten. Ik geniet vooral van de welige natuur en deze verborgen parel.
Bezoek en lunch in Hindeloopen
Wie Elfsteden en Friesland zegt, kan niet om Hindeloopen heen. Dit Venetië van het IJsselmeer is het hart van de Elfstedentocht. Hier staat het eerste Friese schaatsmuseum met de grootste collectie schaatsen ter wereld. Gekoppeld aan dat museum is een gezellig koffiekamertje, De Friese Doorloper, waar ze meer dan 50 soorten zoete en hartige pannenkoeken serveren, en die zijn waanzinnig lekker. Sterker nog, ik zou er meteen weer voor naar Hindeloopen rijden.
Hindeloopen op zich vinden we ook bijzonder charmant. We kuieren door de smalle straatjes, over tientallen bruggetjes en langs winkeltjes met schilderkunst in de etalage. Maar niet te lang, want het regent dat het giet en de wind is meedogenloos.
Eten en slapen in Workum
Ik denk op tijd aan te komen op camping Sudersé in Workum om daar te starten aan de aperitief of nog een wandelingetje te doen, maar dat is buiten de modder op het grasveld en mijn domme idee om daarin te rijden gerekend. Je raadt het al? We zitten muurvast met onze camper. Zelfs de armspieren van 4 man bieden geen soelaas. Alleen de traktor van Jan Pieter, de vriendelijke eigenaar van de camping, kan helpen en dat is pas voor morgenvroeg.
Want in de storm, in het donker, gaan we geen zotte toeren uithalen, maar nemen we gewoon braaf de taxi naar het centrum van Workum om daar te gaan eten bij restaurant Folkerts. Een super mooi en sfeervol restaurant in een monumentaal pand op wat waarschijnlijk het mooiste plein van Friesland is. We genieten volop van onze laatste avond.
Dag 5: Tjerkwerd - Allingawier - Afsluitdijk
Zoals beloofd staan Jan Pieter en zijn traktor paraat om ons uit de modder te halen. Hallelujah, bevrijd, ik kan weer ademen. Na het ontbijt duw ik de gas in voor de laatste haltes op onze camperroute langs de waterwerken van Friesland.
Elfstedenmonument in Tjerkwerd
Het dorp Tjerkwerd is op zich niet erg bijzonder behalve dan dat er langs de Workumertrekvaart en het jaagpad het Elfstedenmonument (8) staat dat verleden en toekomst moeiteloos samenbrengt. In één oogopslag krijg je een beeld van wat was en wat verlangen wordt.
Bezoek terpdorp Allingawier
Een paar kilometer verder komen we toe in Allingawier (9), een dorp dat maar een scheet groot is. Echt, in 5 minuten heb je alles gezien. Wat is er dan bijzonder aan? Wel, dit dorp werd gebouwd op een woonheuvel gemaakt van klei, aarde en mest zodat de huizen droog zouden blijven bij een overstroming. Zo’n heuvel noemen ze een terp en die horen bij het Friese landschap zoals peper en zout. Een ommetje waard.
Mijn oog viel daar ook op een kasteel waar je blijkbaar luxueus kunt overnachten.
Toen wij er waren regende het pijpenstelen. Geen weer om iemand of iets buiten te laten, maar stel dat je wel droog weer hebt, dan kun je een prachtige wandeling van 14,8 km maken langs de binnendijken van Pingjumer Gulden Halsband (10), vlakbij Witmarsum.
Bezoek en lunch bij Afsluitdijk Wadden Center
Onze camperroute afsluiten doen we toepasselijk bij het Afsluitdijk Wadden Center (11), daar waar je op een hele toffe manier leert over het ontstaan van de dijk tussen de Noordzee en wat dan uiteindelijk het IJsselmeer werd. Kun je je voorstellen, de zee (ja, echt, EEN ZEE!) afsluiten?! Da’s toch zot. De Nederlanders hebben dit voor elkaar gekregen en vertellen daar bevlogen over in het Wadden Center. “Het is hier de bedoeling dat je aan alles zit, op de alles drukt, alles eens goed door elkaar schudt of op z’n kop zet”, legt de mevrouw aan de balie aan de jongens uit. Je begrijpt dat ik dit niet heb moeten herhalen. En weg waren ze: kijken - al dan niet met VR-bril -, klimmen, schuiven, staren, … Helemaal boven genieten we van een panoramisch uitzicht over zout water aan de ene kant en zoet water aan de andere kant.
Voor onze laatste lunch worden we naast verse soep, een worstenbroodje en brownie getrakteerd op een weergaloos uitzicht over het IJsselmeer, de rode draad van onze trip. Nog even verpozen voordat we onze rit terug naar huis aanvangen en kunnen tellen of er echt wel 89 windturbines in het IJsselmeer - het grootste windpark ter wereld in binnenwater - staan.
Wie goed oplet, merkt op dat er twee iconische waterwerken ontbreken. Het eerste is skûtsjesilen (12), dat is een wedstrijd tussen traditionele vrachtschepen die alleen in juli en augustus plaatsvindt op de Friese meren én die volledige dorpen in feeststemming zet. En het laatste icoon, Verdronken land Elahuizen (13) hebben we gemist en dat zal je misschien niet helemaal verbazen, want het gaat hier over een verdronken dorp. Een zwart-gele boei in het meer Fluessen markeert de plek waar ooit de kerk stond.
Conclusie over de camperroute langs waterwerken in Friesland
Friesland is het land van dijken, water, overlevers, ouderwetse gezelligheid en stille straten geplaveid met donkerrode rechthoekige klinkers. We hebben een mooi en bijzonder stukje Nederland ontdekt en veel over water geleerd, ook over de relatie die Friezen met water hebben. Een boeiende reis.
En een praktische, want eens je in Zuidwest Friesland bent, ligt alles vlakbij elkaar en da’s handig. Ik moest nooit lang of ver rijden.
Veel natuur, water, gezelligheid en lekkers. Ik zou zeggen, allen daarheen (en misschien nog meer in de zomer, omdat de watersport en genieten langs het water dan nog meer tot z’n recht komt).